Demonstratieproject Precisiebemesting in Zuid-Holland gestart

Het project Precisiebemesting heeft tot doel om de toepassing van precisiebemesting in de open teelten in de provincie Zuid-Holland te versnellen.

De emissiearme toediening in de wortelzone levert milieuwinst en hogere gewasopbrengsten op. Ook de opbouw van organische stof in de bodem wordt hiermee versterkt.

Met het project wordt kennis over de beschikbare apparatuur en de moderne meststoffen breed aan boeren en tuinders verspreid.

Meer boeren en tuinders over de streep trekken

Het gebruik van precisiebemesting in Zuid-Holland wordt op dit moment geschat op 20 %. Het project beoogt dit te verhogen door het verzorgen van trainingen, workshops en coaching in 90 bijeenkomsten.

Het streven is dat in de twee jaar dat het project loopt ca. 1.200 boeren en tuinders in Zuid-Holland overgaan op precisiebemesting. Het project richt zich op de teelt van gras, vollegrondsgroenten en akkerbouwgewassen.

Alle lichten staan op groen voor precisiebemesting

Wim de Hoop is de projectleider van het demonstratieproject. Hij vertelt hier enthousiast over. “Dit is het moment om grote stappen te maken met precisiebemesting. Alle lichten staan op groen. De wetenschappelijke kennis is er, de techniek is beschikbaar en het levert de boer geld op.

Het gaat nu vooral om de informatie bij de boeren te krijgen en te motiveren om de stap te maken. Met dit project kunnen we veel boeren bereiken en dus kunnen we meters maken. Het mooiste vind ik dat we iets kunnen brengen dat zowel goed is voor het inkomen van de boer als voor het milieu”.

Op de vraag wat zijn grootste drive voor dit project is zegt de Hoop ”dat boeren weer trots kunnen zijn, omdat hun vakmanschap wordt herkend en erkend. Vakmanschap is ook dat ze bewust bezig zijn met de bodem. Dat ze daar integraal mee bezig zijn en kringlopen proberen te sluiten. Als boeren tegen mij zeggen:"Nu weet ik wat ik moet doen," is dat voor mij een grote stimulans”.

Precisiebemesting hoeksteen van de circulaire economie

Herre Bartlema werkt ook mee in het project. Hij is een groot voorvechter van precisiebemesting. Bartlema: “Precisiebemesting is de hoeksteen van de circulaire economie. Het is zo logisch dat de boer hiermee aan de slag gaat. Het kan en het moet met de kennis van nu.”

Een belangrijk onderdeel van de boodschap van Bartlema is de overstap van korrel meststoffen naar vloeibare meststoffen. Toediening daarvan kan veel nauwkeuriger. Bartlema hanteert daarbij de 4 juistheden. De meststoffen worden toegediend:

  • Op de juiste plaats (inde wortelzone).
  • Op het juiste moment (vlak voor of tijdens de groei, afhankelijk van het gewas).
  • Met de juiste dosering (op basis van grondonderzoek en bemestingsadvies).
  • Met de juiste meststof (lage CO2 footprint, exact te doseren en te plaatsen).

Zelf experimenteren met vloeibare meststoffen

Eén van de 50 aanwezigen op de startbijeenkomst is Wout den Hertog, melkveehouder in Alphen a/d Rijn. Precisiebemesting betekent voor hem: “Dat je de mest krijgt op de plek waar je het wil hebben. In het veenweidegebied zijn veel sloten. Je wilt strak langs de sloten bemesten zonder dat de meststof in het water komt.

Wij zijn sinds vier jaar bezig met vloeibare bemesting. Eerst met een spaakwiel, maar dat beviel niet zo goed. We hadden het idee dat het gras er minder van groeide. Nu doen we het met een spuitboom en dat bevalt beter.”

Nadeel van het toedienen van de meststof met een spuitboom is dat veel stikstof in de vorm van ammoniak verloren gaat. Door melkveehouder Wibe van Vliet is daarom een machine ontwikkeld. 

Filmpje over de machien waarmee de vloeibare meststof dichtbij de wortels in de graszode kan worden gebracht. (Deze is te bekijken via Yuotube en duurt 2 min. 23 sec.)

Kennismaatregel voor snelle invoering van gewenste innovaties

Het demonstratieproject Precisiebemesting in Zuid-Holland is één van de projecten die subsidie hebben gekregen vanuit maatregel 1 uit het POP-programma: trainingen, workshops, ondernemerscoaching en demonstraties.

Vrijwel alle provincies hebben geld voor deze maatregel gereserveerd. In totaal is er ruim 30 miljoen euro beschikbaar gedurende de looptijd van POP3. De provincies zetten deze maatregel in om innovaties die zij van belang achten voor de landbouw versneld in te voeren.

De kennismaatregel kan een effectief instrument zijn omdat veel boeren en tuinders worden bereikt. De invoering van de innovatie kan vooral snel gaan als milieuwinst samen op gaat met voordelen voor de boer, zoals het geval is bij dit project.