Klimaatakkoord op hoofdlijnen: betekenis voor landbouw en landgebruik
Het Klimaatakkoord op hoofdlijnen is een feit: Nederland gaat aan de slag met de klimaattransitie. Aan vijf sectortafels spraken het bedrijfsleven, de overheid en maatschappelijke organisaties over de mogelijkheden.
Eén van de tafels gaat over landbouw en landgebruik. In een interview zegt Pieter van Geel, voorzitter van deze sectortafel, onder andere: "Toen ik gevraagd werd als voorzitter zei men: 'Ach die landbouw hoeft niet veel te doen, die heeft maar een beperkte taakstelling.’ Maar die taakstelling is wel degelijk serieus." en “We hoeven niet te wachten tot er in januari een akkoord is”.
Klimaatneutraal in 2050
In 2050 moet Nederland zo goed als klimaatneutraal zijn om aan het Klimaatakkoord van Parijs te voldoen. Het nationale Klimaatakkoord speelt daarop in door een tussendoelstelling op te stellen voor 2030. “We zijn niet ambitieuzer dan de rest van Europa”, aldus Eric Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat, “we sorteren alleen alvast voor en dat kan ons een voorsprong geven”.
Klimaatverantwoorde zuivelsector in Nederland
De vakgroep melkveehouderij van LTO Nederland en de Nederlandse Zuivel Organisatie (NZO) hebben al een plan gemaakt voor het Klimaatakkoord: ‘Klimaatverantwoorde zuivelsector in Nederland’.
Het plan sluit nauw aan bij de bestaande initiatieven om de zuivelketen te verduurzamen. Het is de bedoeling om de uitstoot van broeikasgassen in de zuivelketen de komende jaren flink te verminderen. Zo moet in 2030 het aantal CO2-equivalenten aan broeikasgassen met 2,6 megaton gereduceerd zijn.
Reductie van uitstoot broeikasgassen
In het plan van de zuivelsector staat dat verschillende maatregelen worden genomen met een flinke reductiedoelstelling. Deze maatregelen hebben van doen met het dier, de diervoeding, de mestopslag en de bemesting.
Dit moet leiden tot een reductie van methaan die overeenkomt met 0,8 megaton CO2. Met energiebesparende maatregelen, de productie van duurzame energie en maatregelen op gebied van bodem en gewas wordt de uitstoot verminderd met nog eens 0,8 megaton CO2-equivalenten.
Technische maatregelen zelf bepalen
Melkveehouders mogen zelf bepalen welke technische maatregelen zij nemen om de reductie te realiseren, zonder de veestapel te verkleinen. De verwachting is dat het thema klimaat in het nieuwe POP een nog prominentere plek zal krijgen.
Het plan richt zich echter niet alleen op besparingen in Nederland. Melkveehouders kunnen ook meer eiwitrijke gewassen op eigen grond gaan telen. De import van soja en palmpitten zal hierdoor flink afnemen, wat kan zorgen voor 1,0 megaton aan besparingen.
Bijdrage POP3 aan klimaatopgave
In de Veenkoloniën lopen twee POP3 innovatieprojecten die een bijdrage leveren aan het stimuleren van de productie van eiwitrijke gewassen in de akkerbouw: SoMyco en Naar een rendabele sojateelt in de Veenkoloniën.
In het eerste project wordt een mycorrhiza granulaat ontwikkeld om de opbrengst te verhogen en een mobiele pers gemaakt voor koud persen van sojabonen. In het tweede project wil men de teelt van soja een vaste waarde in de rotatie geven. Dat doet men door ras- en teelt onderzoek, marktonderzoek en het verzamelen van kennis van elders.
In POP3 zitten meer projecten die een bijdrage leveren aan de klimaatopgave. De verwachting is dat het thema klimaat in het nieuwe POP (onderdeel toekomstig GLB) een nog prominentere plek zal krijgen.